Zurinkstraat
In 1957 werd er in Geesteren een straatnamencommissie ingesteld. De aanduidingen van wegen en percelen geschiedde in de gemeente Tubbergen tot dan toe door middel van letters en cijfers. Geesteren werd tot die tijd aangeduid met de letter E. De wegen in het buitengebied werden in de volksmond wél met namen aangeduid maar de naoorlogse nieuwbouw maakte een heldere straatnaamgeving wenselijk. Op de eerste lijst van 25 straten en wegen in 1958 komt de Zurinkstraat al voor: "Vanaf timmerman Hemmer in zuidelijke richting door de Zurink". Dertig straten en wegen moesten toen nog een naam krijgen. De Zurinkstraat is genoemd naar de landstreek "de Zurink" ten zuiden van de Dorpsstraat. De naam wordt al vermeld op een kaart van 1844. De herkomst van de naam is niet terug te voeren naar een familienaam. Ook andere, traditionele Twentse achtergronden van veldnamen zijn op de Zurink niet van toepassing. De meest logische verklaring is de vernoeming naar de plant "zuring" (latijn: “rumex"). De veldzuring is familie van de rabarber en de boekweit. De zuur smakende blaadjes zijn geschikt om meer smaak te geven aan sla en kunnen gekookt gegeten worden. Een bekend gerecht was vroeger zuringpap met krenten. Naast enkele andere soorten bestaat er ook nog schapenzuring vrij algemeen aangetroffen op zandgronden en door schapen als voedsel gebruikt. In het verleden zal zuring een veelvoorkomend gewas zijn geweest in de gelijknamige landstreek. In 1964 liep de huisnummering van de Zurinkstraat niet verder dan 16. De gemeente ging toen een nieuw bestemmingsplan voorbereiden, "Geesteren Zuid" geheten. Daarin zou de Zurinkstraat in zuidelijke richting uitgebreid worden en er zou een aantal nieuwe straten ontstaan. De grond die hiervoor nodig was kwam gedeeltelijk door onteigening in handen van de gemeente. Het waren onder andere de zes gezusters Kock ("Luuk's vrouwleu") die tegen hun zin grond voor de nieuwbouw moesten verkopen. Op 2 augustus 1966 werd het bestemmingsplan Geesteren Zuid afgekondigd.