Bovenbroeksweg

Net als de Langemaatsweg verbindt de Bovenbroeksweg de Hardenbergerweg met de Manderveenseweg. Vroeger kwamen in twente veel natuurgebieden voor die bestonden uit blauwgraslanden en ruige rietvelden afgewisseld met zware eikenwallen. Hier en daar waren veenplassen, verder moerasbos met veel elzen en wilgen, vochtige heide en veel resten van houtwallen. Rond het broek lagen vochtige hooilanden, zogenaamde maten, die omgeven waren door zware houtwallen. Het gebied ten noordwesten van Manderveen, dat ligt tussen de grens met Duitsland en de Bovenbroeksweg, heet het "Bovenbroek". Ook naar de broeklanden die hier hebben gelegen zijn de wegen Broekdijk en Broekbeekweg vernoemd. Ten zuidwesten van het "Bovenbroek" lagen in Geesteren de broeklanden Vermolenbroek en Huyerensche Broek. De ligging van deze laatste 2 genoemde "broeken" ten opzichte van het daarboven gelegen broek is waarschijnlijk de aanleiding geweest om het hoger liggend broek "Bovenbroek" te noemen.